Thema bijeenkomst over faalangst
‘Ik kan het toch niet’ is een overtuiging die je kinderen nog wel eens hoort uiten. Sommige kinderen kunnen extreem angstig of gespannen zijn voor een toets. Hier kan faalangst een rol spelen.
Het is belangrijk om alert te zijn signalen van faalangst, want een kind dat faalangst heeft of ontwikkelt zal niet snel aan nieuwe uitdagingen beginnen. En het leven van een kind bestaat juist uit een aaneenschakeling van nieuwe uitdagingen.
Factoren
Bij het aanpakken van faalangst zijn twee onderscheidende factoren belangrijk:
1) succesverhalen (het geloof in eigen kwaliteiten) en
2) inzicht
Voor alle kinderen is het fijn om te ervaren hoe dingen die zij aanpakken daadwerkelijk lukken. Bij faalangstige kinderen is het extra fijn om succeservaringen te hebben. Hoe je daar als opvoeder/onderwijzer een rol in kan spelen komt aan bod tijdens de thema bijeenkomst.
Voor het inzicht is ondersteuning van ouders en leerkrachten/docenten belangrijk.
Naast een faalangst reductietraining is het fijn als ouders en onderwijspersoneel handvatten krijgen om kinderen hierbij te ondersteunen. Tijdens de thema bijeenkomst wordt daarom aandacht besteed aan het herkennen van signalen en het ondersteunen van de kinderen. De ondersteuning is gebaseerd op de drie pijlers die ook in de faalangst reductie training aan bod komen:
- anders voelen
- anders denken
- anders doen
Terug naar pagina: Inzet op school/BSO.